Het politie keurmerk veilig wonen

Het Politiekeurmerk Veilig Wonen® is er voor iedereen.

Of u nu eigenaar of huurder bent van een bestaande woning of een nieuw te bouwen huis of flat. U kunt inbrekers vóór zijn door uw woning aan te (laten) passen aan de eisen van het Politiekeurmerk Veilig Wonen®. Dit betekent bijvoorbeeld dat uw ramen en deuren zijn aangepast en dat de sloten van uw voordeur en ramen minder makkelijk te forceren zijn. Maar ook door het nemen van bepaalde maatregelen voorkomt u inbraak. Denk aan de deuren 's nachts op slot doen, zorgvuldig met uw sleutels omgaan, ramen dichtdoen terwijl u slaapt, afspraken met buren maken. Met andere woorden door al deze maatregelen, u voelt zich weer veilig in uw eigen huis! Op deze site kunt u meer informatie over dit keurmerk vinden. U kunt ook contact opnemen met de politie of een erkend Politiekeurmerk Veilig Wonen® bedrijf in uw buurt.

De voordelen op een rij:

  • De kans op een geslaagde inbraak neemt af met ongeveer 95%.
  • De meeste verzekeraars geven korting op de premies van uw inboedelverzekering.
  • U voelt zich veilig in uw huis.

Het Politiekeurmerk Veilig Wonen® is een keurmerk dat afgegeven wordt voor woningen, complexen en wijken die voldoen aan een voorgeschreven pakket van eisen rond sociale veiligheid, leefbaarheid, inbraak- en brandpreventie.

Bestaande bouw

De woonomgeving bij bestaande wijken is al lang geleden bepaald. Ingrepen in zo'n wijk zijn vaak duur en vaak niet te beïnvloeden door de woningeigenaar. Wie verantwoordelijk is voor de hele woonsituatie -de woning, het complex en de omgeving- is dikwijls onduidelijk en ingewikkeld. Een eigenaar van een appartementje heeft bijvoorbeeld wel wat te zeggen over zijn eigen woning, maar niet over de gang, de receptie en de parkeergarage. Daar kan de eigenaar van het appartementencomplex misschien wat aan doen, maar deze kan dan weer niet zorgen voor meer verlichting op het fietspad naar de flat. Daar gaat de gemeente over. Om ervoor te zorgen dat het keurmerk toch haalbaar is voor de individuele bewoner, voor de eigenaar van het complex en voor de hele wijk zijn er drie certificaten voor bestaande wijken:

Certificaat Veilige Woning

Dit kan een appartement zijn maar ook een rijtjeshuis of villa.

Bij 20 % van de jaarlijks gepleegde inbraken zijn mensen voor de tweede of derde keer slachtoffer. De eerste acht weken na een inbraak is de kans op herhaling het grootst. Belangrijk dus om na -maar ook daarvoor al- een inbraak goed advies te geven. Bewoners van een (rijtjes) huis, een flat, een villa die het advies toepassen komen in aanmerking voor het certificaat Veilige Woning. Hiervoor moeten de entree, balkondeur, tuindeur en ramen beveiligd worden. Ook bergingen, schuren en garages van waaruit toegang mogelijk is naar de woning, moeten aan de eisen voldoen.

Voorbeelden
Een van de eisen is dat alle deuren die toegang tot het huis geven, voldoende inbraakwerend moeten zijn. Je bereikt dit door gebruik te maken van goedgekeurde producten, door deze producten juist te monteren én door ze ook juist te gebruiken. Een ander voorbeeld: voor het verkrijgen van het certificaat Veilige Woning is een rookmelder verplicht.

Certificaat Veilig Complex

Een complex bestaat uit individuele woningen. Bijvoorbeeld een flatgebouw.

Als woningen deel uitmaken van een gebouw bijvoorbeeld een flat, dan hebben we het over Veilig Complex. Bepaalde onderdelen van het complex moeten dan aan een aantal eisen voldoen. Deze onderdelen zijn:

  • Collectieve gebouwdelen zoals centrale entree, liften, galerijen, portalen, gemeenschappelijke bergingen.
  • Losstaande schuren, bergingen, bergingen in flats.
  • Directe woonomgeving die onder verantwoordelijkheid van de eigenaren of beheerders valt. Zoals achterpaden, binnenterreinen en gemeenschappelijk groen.

Voorbeeld

Een complex komt in aanmerking voor het certificaat Veilig Complex als tenminste 60 % van de woningen in het complex voldoen aan de eisen van het Certificaat Veilige Woning. Daarnaast moet het complex voldoen aan 9 basiseisen. Bijvoorbeeld een achterpad moet overzichtelijk zijn en goed verlicht zijn. Daarnaast zijn er 13 aanvullende eisen, afhankelijk van de veiligheidssituatie. Variërend van antigraffitiwanden tot zelfsluitende en beveiligde toegangshekken.

Certificaat Veilige Omgeving

Als we het over een omgeving hebben, dan hebben we het bijvoorbeeld over fietsstallingen, parkeerplaatsen, speelpleinen, perkjes, openbare banken, vuilnisbakken, bushaltes. Als het terrein van de eigenaar van het bouwblok is, bijvoorbeeld van een woningcorporatie, dan hoort het terrein tot het complex en valt het niet onder het certificaat Veilige Omgeving maar wel onder het Certificaat Veilig Complex. Als het binnenterrein tot de openbare omgeving hoort, is de gemeente verantwoordelijk en dan valt dit wel onder het certificaat Veilige Omgeving. Voorbeeld
Zo moet een buurt bij duisternis goed en gelijkmatig verlicht zijn. Dit kan niet alleen inbraak voorkomen maar ook vandalisme en diefstal van of uit auto's. En, als je 's avonds door een goed verlichte buurt loopt, geeft dit een veilig gevoel.

De eisen staan in het Handboek Bestaande Bouw.

Gemeenten die het keurmerk omarmen:

  • geven het een plaats in het integraal veiligheidsbeleid
  • spreken met partners een coördinatiepunt af voor het keurmerk
  • stellen met partners een keurmerkcommissie samen
  • zorgen voor een helpdesk voor bewoners
  • sturen op kwaliteit en effecten van keurmerkprojecten in hun gemeente
  • zorgen ervoor dat de basisregistratie bijgehouden wordt
  • zien er op toe dat het keurmerk toegepast wordt op basis van veiligheidsanalyses, misdaadanalyse en wijkplannen
  • maken afspraken over voorzieningen op het gebied van personeel, financiën en materieel
  • maken met alle keurmerkpartners afspraken over rollen, taken en verantwoordelijkheden
  • halen kennis in huis over het keurmerk
  • nemen een sterke voorlichtende rol op zich over veiligheid richting burgers over wat zij zelf kunnen doen aan veiligheid
  • zijn in gesprek met woningcorporaties en bewonersorganisaties over toepassing van het keurmerk in BB en NB
  • zijn in gesprek met politiekorpsen over daadwerkelijke risico’s in buurt/wijk
  • leggen contact met bewoners om bewonerswensen te inventariseren